R.I.P Nonkel Gaston is dood... en dan is er koffie
Gaston is dood en werd net onder de zoden gelegd. Aan de koffietafel in het parochiecentrum zitten zonen, dochter en echtgenote. Ook familieleden en vrienden schuiven aan.
De oudste zoon, lieveling van vader en moeder, kwam de laatste jaren nog zelden op bezoek. Toch regelt hij ineens de volledige begrafenis.
Zus is thuisgebleven om voor vader en moeder te zorgen. Of kon ze toch niet aan een vent geraken?
Tante, die getrouwd was met de broer van de overledene, is uiteindelijk blij geen rechtstreekse familie meer te zijn.
En oompje, letterlijk en figuurlijk de koning van de matrassen, vindt in een aanpalende zaal zijn lief terug.
Ook Karel en Anette zitten aan de koffietafel. Karel, een artiest, althans volgens zichzelf, gebruikte de grote garage van Gaston als atelier. Anette stond in het atelier model voor de vele beelden terwijl Gaston aan het vuur zijn handen warmde.
Moeder, ocharme, zag toe en dronk.
De jongste zoon is na vele jaren teruggekeerd voor de begrafenis van zijn veeleisende vader. Hij probeert grappig en vriendelijk te zijn, maar bitterheid en cynisme overheersen. Zijn afrekening doet de disgenoten door het lint gaan.
In de tuin van Gaston stond tegen de appelboom een ladder...